SAMENWERKING
Alle informatie over de patiënt is vertrouwelijk, tenzij…
Denk altijd aan je beroepsgeheim
'Is deze patiënt door jullie vervoerd?' Het is meestal een terloopse vraag, via een kladje of in GIS getypt, face to face aan de meldtafel, of telefonisch. Verpleegkundig centralisten krijgen regelmatig een verzoek om informatie, van bijvoorbeeld de politie of een forensisch arts. Maar je mag niet zomaar alles delen.
Sterker nog, je mag zonder toestemming van de patiënt in principe niets delen, behalve in uitzonderingsgevallen. Medisch Manager Ambulancezorg in Rotterdam Welmer de Groot: "Voor medewerkers binnen de Meldkamer Ambulancezorg geldt een beroepsgeheim. Alles wat je in de uitoefening van je beroep over de patiënt te weten komt, valt daaronder. Patiëntgegevens die digitaal zijn opgeslagen in onder meer het GMS, ritformulieren en geluidsopnamen, zijn onderdeel van het patiëntendossier. Je bent al strafbaar als je die gegevens zonder reden inziet, laat staan dat je ze met een ander mag delen. Beroepsgeheim en privacybescherming zorgen voor onbelemmerde communicatie tussen hulpverlener en de patiënt. De patiënt weet dat wat hij/zij vertelt aan een zorgverlener, vertrouwelijk is." Helikopter In de praktijk werkt het toch vaak anders. Je wilt elkaar ook helpen, omdat je op de meldkamer slechts meters van elkaar verwijderd zit, terwijl collega's van beide kanten op straat nauw met elkaar samenwerken. Verpleegkundig centralist Carlijn Reumer krijgt op de meldkamer in Rotterdam regelmatig vragen van de politie. Eén keer bracht zo'n vraag haar zelf in de problemen. Carlijn: "Een politiecentralist vroeg me of een patiënt vervoerd was. Ik antwoordde dat ik dat niet met zekerheid kon zeggen, want ik kan niet in alle systemen kijken en soms zijn gegevens nog niet bijgewerkt. Voor zover ik kon nagaan, was de patiënt niet vervoerd." De politie interpreteerde Carlijns antwoord als een nee.
Welmer de Groot
Carlijn Reumer
Een nacht lang werd vervolgens alles uit de kast getrokken om de betrokkene te zoeken, tot aan de inzet van een helikopter toe. De persoon in kwestie lag echter allang veilig in een ziekenhuisbed. Carlijn werd weken later opgeroepen in het kader van het onderzoek naar dit voorval. "Het was vervelend om hier ongewild in betrokken te raken", zegt ze. "Op het moment zelf is het lastig: je weet dat niet alles mag, maar voelt je ook enigszins onder druk gezet. Soms lijkt het in het belang van de patiënt om info te geven, maar je weet nooit of de patiënt daar ook zo over denkt." Hulpverlener Dat is precies de tweedeling die relevant is, verduidelijkt Welmer. "Het maakt uit of de politie de informatie nodig heeft in haar rol van opsporingsinstantie of in de rol van hulpverlener. Alleen in dat laatste geval mag je het beroepsgeheim doorbreken, als je er redelijkerwijs vanuit kan gaan dat de patiënt toestemming zou geven of dat zijn/haar belang ermee gediend is. Denk bijvoorbeeld aan de vermissing van een dementerende bejaarde die mogelijk gevaar loopt, of een ernstig ongeval waarbij de politie wil weten in welk ziekenhuis de slachtoffers zijn opgenomen om de familie te kunnen informeren. Jij treedt dan op als zaakwaarnemer van de patiënt, die niet voor zijn/haar eigen belang kan opkomen." In alle andere situaties mogen vragen over de patiënt die van buiten de ambulancedienst komen, niet worden beantwoord. Welmer: "Ook niet de schijnbaar onschuldige vraag of iemand in een ziekenhuis of in de ambulance aanwezig is. Die info zegt indirect ook iets over de gezondheid van die persoon. Als je in zo'n geval informatie deelt, vertel dan alleen het hoogst noodzakelijke: bijvoorbeeld dat er niet verder gezocht hoeft te worden, zonder in detail te treden over de toestand of de verblijfplaats."
Stel jezelf altijd de volgende vragen
- Valt de gevraagde informatie onder mijn beroepsgeheim?
- Vanuit welke rol stelt iemand de vraag, is dat als hulpverlener?
- Zou de betrokkene willen dat ik informatie over hem/haar deel?
- Wat is het minimum aan informatie waarmee ik de vraag kan beantwoorden?
MMA Welmer de Groot: "Een eenduidige richtlijn is niet te geven, er blijft altijd een grijs gebied. Vraag indien nodig door waarom de informatie van belang is. Bij twijfel deel je niets. Geef in dat geval aan dat je helaas niet kunt helpen vanwege je beroepsgeheim. Je kunt ook doorverwijzen naar je Medisch Manager Ambulancezorg, of hem/haar zelf raadplegen. De MMA kan toestemming geven om informatie over een patiënt te delen en beschikt soms over aanvullende informatie waarmee de beantwoording duidelijker of makkelijker wordt." Wil je meer lezen over het beroepsgeheim binnen de ambulancezorg? Klik dan hier.