6/15
Powered by Foleon

Create the content your audience craves.

Find out more
  • Pages
  • Editions
Meldkamercentralisten en ambulancepersoneel spreken over schietpartij zorgboerderij Alblasserdam

Opeens hangt de schutter van bloedbad aan de lijn

Deel 1
Meldkamercentralisten en ambulancepersoneel spreken over schietpartij zorgboerderij Alblasserdam

Opeens hangt de schutter van bloedbad aan de lijn

Deel 1

“Ik wil jullie wat vertellen. Jullie weten dat er zojuist wat is gebeurd...” Als een verpleegkundig centraliste van de Rotterdamse ambulancemeldkamer op 6 mei een noodoproep aanneemt heeft zij plots de schutter van de dodelijke schietpartij op zorgboerderij Tro Tardi aan de lijn. Terwijl haar collega’s daarvoor al gevluchte en in het weiland verscholen getuigen aanhoren en vier ambulances naar het bloedbad van hemelsbreed 14,5 kilometer verderop in Alblasserdam snellen, spreekt de centralist een kwartier lang met de dader. “Ze had bijna de rol van onderhandelaar.’’

Het lijkt een doodgewone vrijdagochtend op de 21ste etage van het World Port Center naast de Rotterdamse Erasmusbrug. Bij de ambulancemeldkamer van Zuid-Holland Zuid komen op 6 mei af en toe 112-oproepen binnen, maar niks bijzonders. Business as usual. Tot de klok elf uur slaat en plots de ene na de andere lijn bezet raakt.

Mensen bellen in paniek naar het noodnummer. Veelal medewerkers van zorgboerderij Tro Tardi in Alblasserdam. Ze melden dat er is geschoten. Er zijn gewonden, misschien zelfs doden. Zelf zijn ze gevlucht. Ze verschuilen zich doodsbenauwd in het weiland, omdat de schutter nog altijd gewapend rondloopt.

Met de melders nog aan de lijnen wordt de noodhulp, onder meer vanuit protocol 39 ‘Actieve Schutter’, snel op touw gezet. De eerste ambulances rijden vanuit de ambulancepost in Papendrecht naar het adres in Alblasserdam, terwijl ook de zwaarbewapende politie met een arrestatieteam onderweg is.

Het aantal belletjes naar 112 is zo groot, dat alle centralisten van Zuid-Holland Zuid bezet zijn. De overloop wordt zoals gebruikelijk aangenomen door collega’s van de MKA Rotterdam-Rijnmond die op dezelfde meldkamer werken, zodat elke noodoproep kan worden beantwoord.

“Ik werd gebeld door een collega. ‘Sjaak, je moet naar boven. Er is een heftig incident gaande’, zei die’’, vertelt teamleider Sjaak Groot van de veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond, die samen met zijn collega veertig centralisten aanstuurt.

Hij rent de trappen op. “Als je dan de meldkamer binnenkomt, merk je gelijk de sfeer. Aan de ene kant kunt je een speld horen vallen, maar aan de andere kant is iedereen heel druk. Het was niet helemaal duidelijk waar we mee te maken hadden, maar wel dat het ging om een schietpartij en dat er diverse mensen in paniek aan de telefoon hingen. Er is vrij snel opgeschaald.”

‘Dit moet de schutter zelf zijn’ Sjaak staat achter een centraliste die vanuit de overloop van Zuid-Holland Zuid een nieuwe inkomende oproep aanneemt. Ze opent volgens protocol met de eerste ingangsvraag van ProQA. “Wat is het adres van het noodgeval?’’.

In plaats van een locatie te noemen, zegt de stem aan de andere kant van de lijn dat hij wat anders wil. “Ik wil jullie wat vertellen. Jullie weten dat er zojuist wat is gebeurd”, vertelt de beller. “Hoe bedoel je dat precies”, vraagt de centraliste die snel weet te schakelen. Dit is geen hulpvraag, waarvoor het noodnummer is bedoeld.

De man vertelt haar dat er mensen zijn neergeschoten. “Ze kreeg het idee dat dit de schutter zelf moest zijn”, vertelt Sjaak, die op dat moment zijn headset inschakelt bij de centraliste om mee te kunnen luisteren. Het protocol van ProQA wordt losgelaten. Vervolgvragen als ‘Op welk telefoonnummer kan ik u terugbellen’ zijn even niet van belang. Wel om de schutter aan de lijn te houden.

“Het is wel bizar als je als centralist iemand aan de praat moet houden zonder enige vorm van houvast. Het is wel door ons hoofd geflitst om protocol 25 (Abnormaal gedrag/zelfmoordpoging, red.) te gebruiken, maar dit was een uitzonderlijke situatie. Hier was geen goed of fout in.”

Enkele collega’s van de politiemeldkamer op dezelfde afdeling hebben ondertussen ook ingeplugd bij de centraliste. Een belangrijke afweging, omdat de beller officieel een patiënt is en met medisch beroepsgeheim geldt. In een split second is evenwel voor heel de meldkamer duidelijk dat dit een uitzonderlijke situatie betreft.

Het Team Parate Eenheid van de politie voert schutter John S. af. Foto's: Peter Stam

'Het is wel bizar als je als centralist iemand aan de praat moet houden zonder enige vorm van houvast'

Sjaak Groot

Ambulancepersoneel van de tweede wagen ontfermt zich over een slachtoffer dat bij de paardenbak door haar nek is geschoten

Argwaan De agenten geven op de achtergrond een aantal tips, maar het is uiteindelijk de EMD’er die de beller aan de lijn weet te houden. Sterker nog, het lukt haar om de regie van het gesprek te pakken.

“Ze heeft het zo geweldig gedaan”, vertelt Sjaak. “Ze schatte in dat als ze het stokje zou overnemen en hem via een protocol zou uitvragen, ze hem dan kwijt zou zijn. Hij wilde een persoonlijk verhaal vertellen en dat ze oprecht naar hem luisterde. Ze kreeg zo bijna de rol van onderhandelaar. Ze was de rust zelve en stelde de ene vraag na de andere: ‘Kun je dat verduidelijken, wat is jouw rol geweest, waar ben je dan nu precies?’ Het was een klus uit te vragen waar hij precies zat, zonder dat hij argwaan kreeg.’’

Achteraf blijkt dat de politie de schutter John S. (38) dan al op het spoor is. Na het doodschieten van een man in Vlissingen en het bedreigen van een voormalige geliefde die hij jaren ervoor leerde kennen op de zorgboerderij, proberen ze hem al dagenlang te traceren aan de hand van zijn mobiele telefoon. Die zet hij vlak voor de schietpartij op Tro Tardi, waar hij vanuit een hotel in Papendrecht naartoe rijdt, pas weer aan. De politie rijdt met een zwaarbewapend arrestatieteam naar zijn gps-locatie, maar kan het bloedbad in Alblasserdam niet voorkomen.

Kleermakerszit Aan de hand van de coördinaten van zijn mobiel, maar ook door de informatie van de centralist wordt John S. aangetroffen in een parkje nabij de zorgboerderij. Met de telefoon aan zijn oor en de meldkamer aan de andere kant van de lijn, zien agenten hem in kleermakerszit zitten. Met het pistool in zijn schoot. De EMD’er hoort hoe hij wordt overmeesterd en hangt dan op.

Even verderop heeft het verpleegkundig ambulancepersoneel van de eerste twee wagens dan net het terrein van de zorgboerderij betreden. Ze zijn vanuit Papendrecht naar Alblasserdam gevlogen, maar moeten wachten. Pas als de politie het ‘sein veilig’ geeft, kunnen ze aan de slag. De schutter kan immers nog rondlopen.

Als ze na tien minuten wachten door mogen rijden en uitstappen, staan ze middenin de hel die de schutter heeft aangericht. Ze treffen een zwaargewonde dame, maar constateren gelijk dat het slachtoffer overleden is. Vervolgens stappen ze over haar heen om naar de kantine te gaan.

Ambulancepersoneel van de tweede wagen ontfermt zich over een slachtoffer dat bij de paardenbak door haar nek is geschoten, maar nog leeft. Haar begeleidster ligt doodgeschoten in diezelfde paardenbak.

Lees verder op de volgende pagina >>